Op is op. Minister Blok van Wonen is niet van plan een subsidiepot die het mogelijk maakt voor starters op de woningmarkt om te lenen tegen zachte condities, opnieuw te vullen.
Minister Stef Blok van Wonen gaat de startersregeling voor aspirant-woningkopers niet uitbreiden. Het is een crisismaatregel geweest, die inmiddels zijn werk heeft gedaan en “de trein in gang” heeft gezet, aldus een woordvoerder.
Inmiddels lijkt de huizenmarkt op gang te komen, zijn de huizen iets goedkoper geworden en zijn ook de hypotheekrentes relatief aan de lage kant. Er is dus geen noodzaak om nog eens extra geld uit te trekken.
De 50 miljoen euro die het Rijk eenmalig in de pot stopte, heeft zijn werk goed gedaan, vindt het ministerie. Provincies en gemeenten kunnen hun steun aan de starters nog wel voortzetten als ze dat willen.
Subsidiepot voor starters is eind dit jaar leeg
Door de aantrekkende woningmarkt is de subsidie van het Rijk voor startersleningen eind 2014 uitgeput, zo concludeerde het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) in een dinsdag verschenen rapport op basis van het aantal wekelijkse aanvragen.
Nu de starterslening komt te vervallen, daalt de bouwproductie volgens de onderzoekers de komende jaren met honderden miljoenen euro's.
Ruim 70 procent van de starters gebruikt de lening om versneld een woning te kunnen kopen. Zonder starterslening zou er of geen woning zijn gekocht of de gebruiker had 1 of 2 jaar gewacht met de aankoop, aldus EIB.
Dat startersleningen huishoudens met een krappe beurs onmisbare steun geven, blijkt uit cijfers van het de Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten, die het Financieele Dagblad maandag aanhaalde: na drie jaar is een derde van huizenkopers met een starterslening nog niet in staat aan reguliere eisen voor aflossing en rente te voldoen. Na zes jaar is dit nog 9 procent.
Verhouding waarde huis en hoogte hypotheek verslechtert niet meer
Veel huizenkopers hebben de afgelopen jaren last gehad van dalende huizenprijzen, waardoor de hoogte van de hypotheek boven die van de waarde van het huis kwam te liggen. Maar op dat punt lijkt het ergste leed geleden, zo meldde het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vrijdag.
Het aantal huishoudens met een woning ‘onder water’ neemt vrijwel niet meer toe. Bij 1,5 miljoen huishoudens was de waarde van de eigen woning begin 2014 lager dan de hypotheekschuld, bijna evenveel als een jaar eerder.
“De trend van een steeds groeiend aandeel woningen dat onder water staat, lijkt daarmee tot staan gebracht”, aldus het statistiekbureau.
Begin dit jaar hadden 4,3 miljoen huishoudens een eigen woning. Bij een derde was de waarde van het huis lager dan de hypotheekschuld. Het gaat vooral om mensen die vlak voor de crisis van 2008 een huis hebben gekocht en sindsdien de waarde van hun woning fors hebben zien dalen.
Ongeveer een op de zes eigenwoningbezitters had begin 2014 geen hypotheekschuld.
Vooral huizen jongeren ‘onder water’
Het CBS vergeleek de waarde van de woning met de fiscale hypotheekschuld. Daarbij is geen rekening gehouden met opgebouwde tegoeden bij spaar- en beleggingshypotheken.
Volgens de onderzoekers staan vooral de huizen van jongere huishoudens onder water. Zo heeft van alle eigenwoningbezitters onder de 45 jaar, 70 procent een huis met onderwaarde. Bij jonge starters tussen 25 en 30 jaar is dit zelfs 80 procent. Bij 65-plussers speelt dit probleem veel minder vaak.
De provincie Flevoland, waar relatief veel jonge gezinnen wonen, heeft verreweg het hoogste aandeel huishoudens met onderwaarde. In Noord-Brabant, Friesland en Zeeland komt dit het minst voor.
Bron: ANP/Z24
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl